Paragrafen

Financiering

Onder financieringsrisico’s worden verstaan renterisico’s over vlottende en vaste schuld, kredietrisico’s, liquiditeitsrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Onze gemeente wordt alleen geconfronteerd met de twee eerstgenoemde risico's.
Renterisico – vlottende schuld (kasgeldlimiet)
In de Wet fido is een begrenzing opgenomen van de kortlopende middelen die gemeenten mogen opnemen, de zogenaamde kasgeldlimiet. De limiet bedroeg in 2022 € 63,5 miljoen ofwel 8,5% van het begrotingstotaal van € 747,1  miljoen.
Er heeft in 2022 geen overschrijding van de kasgeldlimiet plaatsgevonden.

Rapportage kasgeldlimiet (bedragen x € 1.000)

Ruimte (+)/Overschrijding (-)

Kwartaal 1

44.230

Kwartaal 2

69.149

Kwartaal 3

84.544

Kwartaal 4

60.713

In 2022 hebben we nauwelijks kort geld geleend. Er was sprake van een ruime liquiditeitspositie. Dit werd veroorzaakt door een hogere bevoorschotting van het rijk en door de grond verkopen.
Renterisico – vaste schuld (renterisiconorm)
De renterisiconorm begrenst de rentegevoeligheid van de vaste schuldpositie van de gemeente. Het renterisico wordt bepaald door de som van het bedrag aan aflossing en het bedrag aan renteherziening op de vaste schuld. De renterisiconorm bedraagt 20 procent van het begrotingstotaal. Dit houdt in dat maximaal 20 procent van het totaal van de begroting aan rentegevoeligheid onderhevig mag zijn.
In onderstaande tabel wordt deze norm afgezet tegen de feitelijke situatie. Hieruit blijkt dat wij ruim binnen de gestelde norm zijn gebleven.

Bedragen x € 1.000

Rekening 2022

Begroting 2022

Begrotingstotaal 2022

747.075

747.075

Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage

20%

20%

Renterisiconorm

149.415

149.415

Toets Renterisiconorm

Renterisiconorm

149.415

149.415

Renterisico op vaste schuld

20.000

60.000

Ruimte (+) / Overschrijding (-)

+129.415

+89.415

Kredietrisico
Kredietrisico’s ontstaan enerzijds door het verstrekken van leningen, anderzijds door het verstrekken van gemeentegaranties. Het treasurystatuut bepaalt dat uitzettingen en garanties alleen tot stand komen indien zij een publieke taak dienen.
Bij het beoordelen van verzoeken om leningen of garanties te verstrekken wordt in elk geval nagegaan of voor de sector waarin de instelling werkzaam is een zogenaamd waarborgfonds bestaat. Ondanks deze terughoudendheid is het latente kredietrisico de laatste jaren enigszins toegenomen. Banken zijn terughoudender geworden met financiering, waardoor juist minder financieel solide organisaties een beroep op de gemeente doen. De gemeente heeft in 2022 geen leningen afgewaardeerd en is niet aangesproken op haar garanties.

Deze pagina is gebouwd op 08/24/2023 13:34:41 met de export van 08/24/2023 13:13:17